Waterpolo Den Haag heeft zaterdagavond, in een leeg Hofbad, de eerste competitie wedstrijd in de eredivisie verloren met 8-12 van Het Ravijn uit Nijverdal.
De Haagse mannen moesten duidelijk wennen aan het niveau, pas halverwege de wedstrijd gooide de thuisploeg alle schroom van zich af. Daarna werd snel duidelijk dat men zowel conditioneel als fysiek de strijd aan kon tegen deze gerenommeerde tegenstander uit de eredivisie.
Het Ravijn is al jaren een vaste waarde in de top van de Eredivisie. Voor Waterpolo Den Haag was het een wedstrijd om te bewijzen dat men in de Eredivisie thuishoort en niet zomaar is gepromoveerd. In de eerste twee periodes speelden de Hagenaars echter te voorzichtig, te afwachtend. De aanvallen werden met te weinig overtuiging vaak niet afgerond. Met goed keeperswerk en enkele fraaie reddingen liet, aan Haagse zijde, de debuterende keeper Joris Geurts wel zien waartoe hij in staat is. Mede hierdoor stond het Ravijn halverwege de wedstrijd nog maar op een 6-2 voorsprong.
Na het wisselen van kant gooide de thuisploeg alle schroom van zich af. Met meer beweging en overtuiging in de aanval lieten de mannen van Waterpolo Den Haag zien niet onder te hoeven doen voor het bezoekende Ravijn. Via de periodestanden 3-3 (3de periode) en 3-3 (4de periode) eindigde de wedstrijd in een 12-8 overwinning voor het Ravijn.
Coach Van Engelen; “Een wedstrijd met twee gezichten, we beginnen veel te gespannen aan de wedstrijd, speelden met te weinig overtuiging, er zat te weinig gif in onze aanvallen. Het is super dat niemand zijn kop laat hangen, maar dat we ons, na de slechte start als team herpakken en terug knokken in de wedstrijd. Er is duidelijk nog werk aan de winkel, maar aan de andere kant geeft deze wedstrijd ook vertrouwen voor de toekomst, we horen thuis in de eredivisie.”
Volgende week speelt Waterpolo Den Haag tegen regio genoot WIDEX GZC DONK in Gouda.
Doelpunten van Waterpolo Den Haag:
Kjell Wansleeben 3x, Twan de Kadt, Daan Heiden, Coen Berendse, Bart Turk en Koen Heiden allen 1x
Fotoverslag Frank van Leeuwen:
